Te goed

‘De mensen hebben het te goed’, zei mijn oma. En ook dat ze dat nooit zo zou zeggen, in het openbaar. Nu schrijf ik het toch op een openbare blog, maar ik heb gelukkig nog twee oma’s, dus we zullen nooit weten welke van de twee het was.

We hadden het over god, en ik zei dat ik me er over verbaas dat je, anno 2015, voor achterlijk wordt aangezien als je het over god hebt. Dat je per direct niet meer serieus wordt genomen als je het woord ‘god’ laat vallen.

Ze zei: ‘De mensen hebben het te goed, ze hebben god niet meer nodig’.

Te goed… is een relatief begrip. Zo goed vind ik het hier niet. Maar ik begrijp wat ze bedoelt. Er is altijd wel een mouw aan te passen, in het Nederland van 2015. Bij problemen, bij stress, er is altijd wel een manier om de boel onder controle te houden, om staande te blijven, en om het leven dat je leeft zo goed en zo kwaad als het gaat, toch vol te houden. Weinig mensen roepen god aan in wanhoop, omdat wanhoop niet eens meer in ons collectieve gevoelsrepertoire lijkt te zitten. In ons collectieve gevoelsrepertoire zit vooral: ‘Ik voel me slecht, maar daar is vast wel wat aan te doen’. We doen van alles, en dat is dan gedeeltelijk effectief, en daarom vergeten we god.

Tja.

Ik kan niet zeggen dat ik onder de indruk ben van alle levens die geleefd worden, precies binnen de twee middelste standaarddeviaties van de normaalverdeling. Al die optimale Nederlanders, met een Volkswagen, twee vakanties per jaar, zonnepanelen, en een gezellige vrienden- en kennissenkring. Wat hebben die, behalve een oneindige voorraad aan afleiding, om hen geruisloos door elke werkweek en elk weekend te loodsen? Wat hebben de mensen, die alles hebben?

Ze hebben wat ze wilden. God heeft het ze gegeven, al verkeren ze waarschijnlijk in de illusie dat ze het allemaal zelf verdiend hebben.

Dat is wat mensen nu willen, dus dat is wat ze krijgen: een leven vol met dingen en mensen, maar zonder stilte, leegte, en zonder te weten wie god is. Eerlijk gezegd zou dat genoeg zijn om mij tot wanhoop te drijven.

Ik zeg dit overigens niet om mensen te beledigen; ik zeg het om hen gerust te stellen. Voor al diegenen die niet vervuld zijn in dit leven, maar die dat niet durven toe te geven omdat ze ten slotte ‘alles hebben’: jullie gevoel is terecht. Een definitie van ‘alles’, waarin rust, eenzaamheid en god geen plaats hebben, is een definitie van niks.

 

Plaats een reactie